Algemeen

Hoofdlijnen

Inleiding

Bij de bestuurlijke hoofdlijnen hebben wij aangegeven dat voor onze financiële doorrekeningen uit zijn gegaan van het derde scenario van de CBP analyse van de economische gevolgen van de coronacrisis.

In onderstaande tabel laten we op een grofmazige wijze de financiële effecten van dit scenario in vergelijking met de overige scenario’s.

Naast een incidenteel effect in 2020 worden structurele effecten groter naarmate de crisis de economie dieper raakt en de crisis langer duurt.

Bij scenario d zijn de verwachte kosten voor 2021 en verder lager dan bij scenario c. Dit is hoofdzakelijk te verklaren door de verwachting dat de (inhaal)kosten in het sociaal domein dan verder worden door geschoven in de tijd.

Scenario c

Bij de verdere analyse van de effecten van de coronacrisis op de programma's, de financiële positie en het weerstandsvermogen werken we met scenario c. De maatregelen houden 6 maanden aan en er ontstaan problemen in de wereldeconomie. De overwegingen waarom wij kiezen voor dit scenario is toegelicht in de bestuurlijke hoofdlijnen.

Bandbreedte

In bovenstaande tabel zijn de verwachte gemiddelde effecten opgenomen. Waar mogelijk zijn minimale en maximale impact varianten bepaald. Voor scenario c is de bandbreedte ongeveer 2,2 mln. Dit betekent dat we bij een positief beeld in scenario c ruim 2,2 mln aan effecten verwachten en bij een negatief beeld ongeveer 6,6 mln. We rekenen in bovenstaand overzicht dan met dan met het gemiddelde van 4,4 mln.

Bij het bepalen van de risico's in het weerstandsvermogen wordt rekening gehouden met de verschillende scenario's en de aanwezige bandbreedtes.

Financiële positie

In onderstaande tabel is het effect van scenario c van het CPB op onze meerjarenbegroting inzichtelijk gemaakt. Belangrijk is hierbij te vermelden dat dit alleen een inschatting geeft van het gemiddelde effect van scenario c.

2020

2021

2022

2023

2024

Saldo tot kaderbrief

-4.425.000

-2.132.000

-560.000

353.000

353.000

Autonoom (*1)

0

-997.000

-964.000

-1.675.000

-1.507.000

Saldo voor scenario

-4.425.000

-3.129.000

-1.524.000

-1.322.000

-1.154.000

Effecten o.b.v. gemiddelde scenario c (*2)

-4.465.000

-4.418.000

-3.120.000

-1.560.000

0

Mogelijk saldo

-8.890.000

-7.547.000

-4.644.000

-2.882.000

-1.154.000

Het saldo is een inschatting van de informatie tot medio mei, aangevuld met de meicirculaire. Het CPB maakt in juni een actualisatie van de scenario's. Daarnaast veranderen de inschattingen per taakveld ook naarmate er meer inzicht komt. Ter voorbereiding op de begroting en de 2de VGR zal het inzicht in de effecten worden verbeterd.

*1: In de autonome ontwikkelingen is de BVO DRAN voorzichtigheidshalve verwerkt vóór besparingseffecten vanuit de business case (BC). Het saldo zal beter zijn als de bespaareffecten van de BC zijn bepaald. Bij de autonome ontwikkelingen is dit verder toegelicht.
*2: De effecten van de crisis zijn in bovenstaand overzicht opgenomen als aflopend. Hier is een standaard afbouw percentage op toegepast.

Weerstandsvermogen

Inleiding

In de kaderbrief is een actualisatie van het weerstandsvermogen opgenomen. Hoe u deze actualisatie moet lezen in samenhang met de andere onderdelen staat hieronder.

Leeswijzer

In de programma's zijn de verwachte effecten opgenomen van scenario c. De veronderstelling is dat deze zich voor zullen doen en zijn als gemiddelde verwerkt in het resultaat (capaciteit). Naast het verwerken van de veronderstelde effecten bestaan er ook nog risico's. Er zijn nieuwe risico's, maar ook al bestaande risico's worden bijgesteld. De aanpassingen op de risico's zijn hieronder kort beschreven. Daarbij is nog specifiek aandacht voor een tweetal specifieke en grote risico's.

Bestaande risico's

Als uitgangspositie voor de berekening van het weerstandsvermogen hanteren we de jaarrekening 2019. Het totaal aan risico's dat is opgenomen in de jaarrekening bedraagt € 10,1 mln.

In deze risico's zijn de volgende aanpassingen doorgevoerd:

  • Verhoogde kans dat bezuinigingsmaatregelen niet worden gerealiseerd.
  • Verhoogde kans op oninbaarheid leningen en overige vorderingen.

Specifieke risico's

  • Voor de grondexploitaties (wonen en bedrijven) is een aanvullende analyse uitgevoerd. De bijstellingen die het gevolg zijn van scenario c zijn verwerkt binnen de twee programma's. De resterende risico's en onzekerheden die samenhangen met de crisis passen binnen de ingeschatte risico's bij de jaarrekening 2019. Mocht scenario d werkelijkheid worden, dan is de risicoreservering ook nog toereikend. De gronden worden daarom niet meegenomen in het nieuwe risico voor de bandbreedtes en scenario's.
  • Voor het sociaal domein zijn in het programma al verwachtingen opgesteld op basis van actuele informatie en verwachtingen van de ontwikkelingen in scenario c. In het weerstandsvermogen in de jaarrekening zijn risico's voor de verschillende onderdelen opgenomen. Deze inschattingen worden niet aangepast. Het sociaal domein wordt wel meegenomen in het nieuwe risico dat toeziet op het effect voor de bandbreedtes en scenario's.

Nieuwe risico's

  • Er is een nieuw algemeen risico opgenomen. In deze kaderbrief rekenen  we met het verwachte gemiddelde effect van scenario c. Binnen dit scenario hebben wij gewerkt met bandbreedtes die onzekerheden geven. Daarnaast zal het werkelijke scenario anders worden, dan we nu hebben ingeschat. Hiervoor wordt een algemeen risico geformuleerd dat toeziet op de risico's voor de bandbreedtes en scenario's.

Dit risico is bepaald als afwijking van het gemiddelde effect van scenario b, c en d ten opzichte van het gehanteerde scenario c. De effecten van de grondexploitaties zijn hier niet in meegenomen. Het risico over de begrotingsjaren bedraagt dan 2,3 mln. De kans van afwijken is gesteld op 50%.

  • In het programma bestuur en ondersteuning is beschreven dat het effect van de voorfinanciering beperkt is. We nemen nog wel een nieuw risico op ten aanzien van deze voorfinanciering omdat het onderdeel liquiditeiten wel groot is.
  • In de verschillende fases van de crisis wordt er een ander beroep gedaan op de capaciteit van de organisatie. Dit risico is bij de verschillende programma's beschreven. Omdat de capaciteit misschien niet altijd aanwezig is, is aangevuld met een grotere kans op verzuim een bedrijfsvoeringsrisico opgenomen.

Overig

De overheid heeft toegezegd om 500 mln. aan gemeenten toe te kennen om de eerste effecten van de crisis op te vangen. Het aandeel van onze gemeente in deze bijdrage (1ste stap) is nog niet verwerkt in het resultaat en weerstandsvermogen, omdat nog niet duidelijk is waar wij aanspraak op kunnen maken. De VNG zet overigens in op meer compensatie voor de reële kosten, de uitkomst hiervan volgt in de zomermaanden.

benodigde weerstandscapaciteit

Op basis van bovenstaande aanpassingen in de risico's is de benodigde weerstandscapaciteit herberekend. Als gevolg hiervan stijgt de benodigde weerstandscapaciteit van 10,1 mln. naar 11,3 mln. Voor de bestaande risico's is er een toename van ongeveer 0,5 mln. Voor de nieuwe risico's is een toename van 0,7 mln. aan risico's.

Beschikbare weerstandscapaciteit

Voor de kaderbrief is de weerstandscapaciteit op basis van de jaarstukken 2019 herrekend.

  • Weerstandscapaciteit volgens de jaarrekening is 28 mln. Hier zijn de resultaten in de komende jaren volgens de 1ste VGR in verwerkt.
  • Deze is tot aan de kaderbrief bijgesteld met (+) 1,8 mln. Dit bestaat uit de aanvulling op de 1ste VGR van 1,5 mln en toevoeging van de jaarschijf 2024 van 0,3 mln.
  • Op basis van de kaderbrief wordt de beschikbare weerstandscapaciteit verder bijgesteld met autonoom (-5 mln.) en het effect van het scenario (- 13,5 mln.).

De beschikbare weerstandscapaciteit op basis van de kaderbrief is afgerond 11,3 mln.

Weerstandsratio

Op basis van de globale actualisatie geeft de ratio de volgende uitkomst:

Ratio weerstandsvermogen =

Beschikbare weerstandscapaciteit

 =

11.300.000

  = 1,0

Benodigde weerstandscapaciteit

11.300.000

In de jaarstukken 2019 bedroeg de ratio 2,79. De ratio is als gevolg van de bijstellingen in 2020 en de kaderbrief met bijna 1,8 punt gedaald.

Beschouwing

Om bovenstaande uitkomst te beoordelen zijn onderstaande punten van belang om mee te wegen:

  • Het is de best mogelijke inschatting op basis van scenario c, hier zitten onzekerheden in.
  • Het voorzichtigheidsprincipe is op alle onderdelen toegepast.
  • De bijdrage van het rijk ter compensatie (stap 1) is nog niet verwerkt. Mogelijk volgen nog compensaties in de periode tot de begroting en erna.
  • Bij meerdere posten is uitgegaan van volledige compensatie, waaronder de VGGM. Het is nog niet duidelijk of wij direct of indirect de compensatie gaan krijgen.
ga terug
Deze pagina is gebouwd op 06/15/2020 09:03:47 met de export van 06/15/2020 09:01:47